Ik kom ’s middags pas toe op de bureau. Gisterenavond had ik bestuursvergadering, die duurde tot 23:00. Dus nam ik de beslissing om wat uren te compenseren. Vier vrijwilligers zijn bezig met de laatste loodjes voor de cursus die morgen start: sessies uitwerken, decorstukken bijeenrapen, keukenmateriaal klaarzetten, … Ik neem even polshoogte bij het team. Kaat blijkt nood te hebben aan een babbel: ze weet niet of ze haar rol als cursusverantwoordelijke wel goed opneemt. Ik luister haar verhaal en we zoeken samen naar oplossingen. Daarna smijt ik me op de laatste taken voor cursus: ik print de deelnemerslijsten en de bijlages, ik zet het promomateriaal klaar, … Ik kijk al uit naar mijn cursusbezoek morgen. Ik heb goesting om me vollenbak te smijten als vampier in het spel, om af te toetsen hoe de groepsdynamiek in het team evolueert, om een oogje te houden op de kwaliteit van de sessies. En ik sta klaar om eventuele brandjes te blussen: ‘Oh nee, ons materiaal vergeten afhalen!’ of ‘Help! Een van de cursisten stelt moeilijk gedrag’. Een variatie aan taken en verantwoordelijkheden dus. Maar daar hou ik net van!